Thisisengineering Raeng V Eo Mkbd Uizs Unsplash

Lees hier het artikel met betrekking tot het anciënniteitsverlof en de bijhorende premie.

Het anciënniteitsverlof

De arbeiders van het PC 124 hebben, in toepassing van de sectorale cao van 29 september 2019, recht op jaarlijks één of twee dagen anciënniteitsverlof vanaf een bepaalde anciënniteit in hetzelfde bedrijf:

  • één dag anciënniteitsverlof vanaf 15 jaar anciënniteit in hetzelfde bedrijf;
  • twee dagen anciënniteitsverlof vanaf 25 jaar anciënniteit in hetzelfde bedrijf;

In het jaar dat de arbeider de anciënniteit van 15 of 25 jaar bereikt, kan hij de (extra) dag opnemen vanaf de datum waarop hij de vereiste anciënniteit bereikt. Tijdens de volgende jaren heeft hij dan telkens recht op één of twee dagen.

De werkgever betaalt voor de dagen anciënniteitsverlof het normale loon, berekend op dezelfde manier als het loon voor een feestdag.

De werkgever moet de dag enkel betalen als het anciënniteitsverlof effectief wordt opgenomen. Hij moet het loon voor de dag anciënniteitsverlof niet uitbetalen indien de arbeider het verlof niet opneemt of niet heeft kunnen opnemen door schorsing of beëindiging van de overeenkomst. Bijvoorbeeld bij geen uitbetaling aan langdurig zieken of aan een arbeider van wie de arbeidsovereenkomst opgezegd of verbroken werd.

Het anciënniteitsverlof kan ook niet worden overgedragen naar een volgend jaar.

Over het suppletief karakter van de regeling verduidelijkt een commentaar in de CAO dat deze CAO impliciet de bepalingen van ondernemingsakkoorden wijzigt betreffende het anciënniteitsverlof, tenzij deze bepalingen gunstiger zijn.

De anciënniteitspremie

Aan de arbeiders van het PC 124 die een zekere anciënniteit bij hun werkgever kennen, moet in toepassing van de CAO van 14 mei 2009 betreffende de anciënniteitspremie, volgende anciënniteitspremie sinds 1 juli 2009 toegekend worden:

  • een premie van € 500 na een ononderbroken anciënniteit van 25 jaar binnen dezelfde onderneming. Deze verhoogde premie geldt sinds 1 juli 2009.
  • een premie van € 700 na een ononderbroken anciënniteit van 35 jaar binnen dezelfde onderneming.

Bovendien moet de arbeider minstens 1 dag in een periode van 1 jaar gewerkt hebben die voorafgaat aan de dag waarop hij de anciënniteit van 25 of 35 jaar bereikt. Op die manier wil men vermijden dat langdurig zieken, nog in dienst bij de firma, ineens recht zouden verkrijgen op de anciënniteitspremie, ook al zouden ze in het vorig jaar nog geen dag gewerkt hebben.

De anciënniteitspremie moet ten laatste betaald worden op de eerstvolgende betaaldag na het bereiken van de vereiste anciënniteit.

De toekenning van deze anciënniteitspremie voldoet aan de voorwaarden voor een vrijstelling van de sociale zekerheidsbijdragen en belastingen.

Deze regeling heeft een suppletief karakter: de bedrijven die al een gelijkwaardig voordeel toekennen, hoeven op dit vlak niets te doen.

PC 200

Op het niveau van het Aanvullend Paritair Comité voor Bedienden (PC 200) gelden geen sectorale afspraken over de toekenning van anciënniteitsverlof of anciënniteitspremies. Voor de bedienden zijn dus enkel eventuele bedrijfseigen regelingen van toepassing.