Het Vlaams Regeerakkoord 2024-2029 over werk en sociale economie
Na maandenlange onderhandelingen, kwamen de regeringspartners vorige week tot een Vlaams Regeerakkoord. In het kader van Werk en Sociale Economie bekijken we in dit artikel de belangrijkste punten waar op de nieuwe Vlaamse Regering gaat inzetten.
1. Versterkte activering werkzoekenden
De Vlaamse Regering heeft het over een aanklampende aanpak van werkzoekenden. Zo wil de Vlaamse Regering een beheersovereenkomst afsluiten met de VDAB waarin concrete mijlpalen, een meetbare doelstelling over het resultaat, de kwaliteit en de kostenefficiëntie van de trajecten, gericht op een duurzame uitstroom naar werk, staan vermeld.
De nadruk wordt ook gelegd op de inspanningen van en afspraken met de werkzoekenden. Vanaf dag 1 kan een taalopleiding Nederlands of een opleiding tot een knelpuntberoep worden opgenomen in deze afspraken.
De procedures voor de controle en sanctionering van werkzoekenden worden ingekort en de doorlooptijd wordt versneld, waarbij de sanctie sneller volgt op de inbreuk.
2. Het onderbenutte potentieel van de niet-beroepsactieven
Het gaat hier over niet-beroepsactieven zonder werkloosheidsuitkering. De Vlaamse Regering wil ook deze mensen terug aan het werk door:
- lokale partnerschappen af te sluiten om deze niet-beroepsactieven te bereiken en te leiden naar bemiddeling, opleiding of een duurzame job;
- het sluiten van een nieuw samenwerkingsakkoord tussen de VDAB en het RIZIV om langdurig zieken te activeren, met als doelstelling minstens 12.000 terug-naar-werktrajecten per jaar en een groeipad naar minstens 20.000 terug-naar-het-werktrajecten in 2029;
- Bij te pleiten de federale overheid voor:
- een verplichte inschrijving bij de VDAB van langdurig zieken zonder arbeidsovereenkomst;
- een verschuiving van het voorschrijfgedrag van artsen naar wat wél mogelijk is voor de patiënt;
- een uitbreiding van de mogelijkheid om deeltijds of progressief aan het werk te gaan met behoud van een deel van de RIZIV-uitkering;
- met langdurig zieken, die ingeschreven zijn bij de VDAB, na uiterlijk 6 weken een individuele trajectovereenkomst af te sluiten en deze te sanctioneren bij niet-naleving, zoals de niet-naleving doorgeven aan het RIZIV en de ziekenfondsen voor een evaluatie van de arbeidsongeschiktheid;
- te vragen aan de federale regering om de adviserende artsen van de ziekenfondsen te responsabiliseren;
- een samenwerkingsakkoord te sluiten over de nodige data-uitwisseling tussen de VDAB, de lokale besturen en de betrokken federale instellingen (bijvoorbeeld de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, het RIZIV, de Programmatorische Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie en de Directie-Generaal voor Personen met een Handicap).
Tot slot wordt in één regel benadrukt dat ook werkgevers hun rol in het begeleidingsproces van langdurig zieken moeten nemen. Welke concrete maatregelen uit deze zin zullen volgen, valt nog af te wachten.
3. Talent als belangrijkste grondstof in Vlaanderen
De Vlaamse Regering wenst de opleidingsdeelname in Vlaanderen te verhogen om een antwoord te bieden op de grote hoeveelheid van beschikbare vacatures en de mismatch met de beschikbare competenties.
Het recht op Vlaams opleidingsverlof (VOV) wordt verankerd maar ook hervormd met de nadruk op knelpuntberoepen. Bovendien mag het VOV niet gebruikt worden voor bedrijfsinterne opleidingen in de huidige job. Hierop zal beter worden toegezien.
Rond de ‘Federal Learning Account’- tool is al veel commotie geweest omdat het een enorme administratieve last met zich meebrengt voor de werkgevers. De Vlaamse Regering zal de federale regering verzoeken om deze tool te schrappen aangezien opleiding en vorming een bevoegdheid is van de gemeenschappen.
Duaal leren moet meer op de voorgrond treden. Zo zal de Vlaamse Regering ook onderzoeken of duaal leren mogelijk is in het hoger onderwijs. De Vlaamse Regering zal verder vragen aan de federale overheid om de drempels van duaal leren in de federale regelgeving, bijvoorbeeld inzake de arbeidsongevallenverzekering, te schrappen.
De Vlaamse Regering zal verder ook vragen om de zogenaamde ‘startbaanverplichting’ te schrappen.
Daarnaast zal het instrument van IBO en werkplekleren worden vereenvoudigd en worden aangepast om beter aan te sluiten op de krappe arbeidsmarkt.
Tot slot zal iedere schoolverlater tussen de 18 en 25 jaar, die geen job heeft en geen verdere opleiding volgt, binnen de 4 maanden een passend aanbod in de vorm van een kwalitatief aanbod van werk, een leerjob of een (vervolg)opleiding of stage aangeboden krijgen.
4. Hervorming VDAB
Met als doel te focussen op de kerntaak van de VDAB, met name activeren van werkzoekenden, zal de VDAB worden hervormd als volgt:
- het aanbieden van beroepsopleidingen en loopbaanbegeleiding zal grotendeels worden verschoven naar privé en publieke partners; enkel wanneer er geen privé of semipubliek opleidingsaanbod is, kan de VDAB dat zelf voorzien;
- er komt een afslanking van de tussen- en managementstructuren bij de VDAB zodat het aantal bemiddelaars in het personeelsbestand kan worden versterkt;
- de raad van bestuur van de VDAB wordt afgeslankt.
5. Een structurele rol voor lokale besturen
Vanuit het oogpunt dat lokale actoren het best zijn geplaatst om niet-beroepsactieven te activeren, zal de VDAB meer op maat van de lokale noden werken.
Zo zullen de lokale besturen de mogelijkheid en middelen krijgen om VDAB-taken over te nemen om de effectiviteit ervan te versterken. Wanneer een lokaal bestuur die rol op zich neemt, leidt dat tot een verschuiving van middelen en personeel en niet tot bijkomende middelen en personeel. Door middel van samenwerkingsakkoorden met duidelijk omschreven doelstellingen en resultaatfinanciering zullen afspraken worden gemaakt met lokale besturen.
Het stelsel van ‘gemeenschapsdienst’ voor langdurig werklozen wordt stopgezet en samen met ‘Wijk-werken’ geïntegreerd in een nieuw systeem van ‘samenlevingsjobs’ op lokaal niveau. Deze samenlevingsjobs zijn maatschappelijk zinvolle taken met als doel een opstap te vormen naar een passende job. Zij kunnen worden uitgeoefend na 1 jaar werkloosheid.
Personen die een samenlevingsjob uitvoeren, behouden hun werkloosheidsuitkering samen met een vergoeding van € 4,5 per uur. Het gaat om een tijdelijke soort werkervaring met een maximum vergoedingsperiode van 2 jaar.
2 jaar lang een passend aanbod van een samenlevingsjob weigeren, zal opnieuw worden gesanctioneerd door de VDAB.
6. Een arbeidsmarktbeleid op maat van de Vlaamse arbeidsmarkt
De Vlaamse Regering zal aan de federale regering vragen om:
- de werkloosheidsreglementering aan te passen, zoals de criteria voor ‘een passende dienstbetrekking’, ‘de beschikbaarheid’ en ‘de vrijstelling van werkzoekenden’;
- efficiëntere instrumenten om zo tekorten in arbeidsintensieve sectoren op te vangen;
- afwijkingen in het systeem van flexi-jobs weg te werken, zoals bijvoorbeeld in de horeca en het onderwijs.
7. Een versterking van de sociale economie en een betere wisselwerking met de reguliere economie
De Vlaamse Regering wenst de doorstroom naar de reguliere arbeidsmarkt te stimuleren en zal bijgevolg voorzien in de nodige terugkeergaranties voor doelgroepwerknemers als na verloop van tijd blijkt dat die stap toch niet is gelukt.
De resultaten van het collectieve maatwerk over de toeleiding, begeleidingsvoorwaarden en periodieke evaluatie in het kader van collectief maatwerk worden meegenomen om de maatwerkregelgeving te optimaliseren.
Individueel maatwerk blijft bestaan en wordt bijgestuurd indien dat nodig zou zijn.
De Vlaamse Regering voorziet ook een groeipad van minstens 1000 extra plaatsen in de sociale economie in Vlaanderen.
De enclavewerking van maatwerkbedrijven in private ondernemingen blijft ook behouden en zal verder worden onderzocht.
8. Dienstencheques
Opvallend is dat onder dit puntje en overigens in het hele Vlaamse Regeerakkoord 2024-2029 niets te lezen staat over een verhoging van de prijs per dienstencheque, terwijl dit wel werd vermeld tijdens de Regeerverklaring op 30 september 2024. In deze verklaring werd duidelijk gesteld dat een dienstencheque € 1 duurder wordt en dat de fiscale aftrek verdwijnt. Bovendien zou het kunnen dat de dienstencheque nog € 1 duurder zal worden wanneer de inflatie tijdens deze regeerperiode van 5 jaar hoog genoeg gaat.
Wat wel onder het puntje ‘Dienstencheques’ staat, is dat de Vlaamse Regering in overleg met de sector:
- de loon- en arbeidsvoorwaarden zal trachten te verbeteren;
- zal zorgen voor meer transparantie over de administratieve kosten en dit zonder de rendabiliteit uit het oog te verliezen.
Wat met dit laatste wordt bedoeld is niet helemaal duidelijk. Onder vorige legislatuur werden immers al maatregelen voorzien om te zorgen voor meer transparantie. Zo moet in ieder toekomstig contract met de gebruiker correct worden vermeld welke bijkomende kosten samen met de frequentie zullen worden aangerekend.
Daarnaast zijn het voornamelijk de sociale partners die de collectieve arbeidsovereenkomsten over nieuwe loon- en arbeidsvoorwaarden onderhandelen. Dat laatste was in het kader van het vorige IPA-akkoord niet gelukt. Het valt bijgevolg nog af te wachten op welke manier deze Vlaamse Regering zal zorgen voor een verbetering van de loon-en arbeidsvoorwaarden van de huishoudhulpen.
9. Werkbaar werk en inclusieve werkvloeren
De Vlaamse Regering wenst in te zetten op werkbaar werk en inclusieve werkvloeren en stelt dat de werkgever daarbij een cruciale rol speelt.
Concrete verplichtingen voor werkgevers worden echter niet voorzien. Wel stelt de Vlaamse Regering dat de sectoren via sectorconvenanten de opdracht krijgen om een specifieke aanpak per sector uit te werken.
Daarnaast worden ook concreet jobcoaches ter beschikking gesteld van de werkgevers en de werknemers bij het organiseren van inclusieve werkvloeren voor mensen met een taalachterstand, langdurig zieken en personen met een arbeidsbeperking.
10. Een kordate aanpak van discriminatie en uitbuiting op de arbeidsmarkt
De Vlaamse Regering wil kordaat optreden tegen iedere vorm van discriminatie. In het kader daarvan zal de sociale inspectie worden uitgebreid met 30 inspecteurs en kan iedere veroordeling leiden tot een uitsluiting of terugvordering van bepaalde subsidies.
Daarnaast wil de Vlaamse Regering ook inzetten op sensibilisering, zelfregulering door de sectoren, opleiding en gerichte controles vanuit de inspectie. In het kader van sectorconvenanten zullen experts worden ingezet om actieplannen inzake non-discriminatie te realiseren met een resultaatsverbintenis.
11. Arbeidsmigratie voor hooggeschoolden en knelpuntberoepen
In de eerste plaats zal de nadruk liggen op het activeren van de interne arbeidsreserve in Vlaanderen. Vervolgens worden de werkzoekenden uit de omliggende regio’s geactiveerd. Er zal daarvoor een nieuw samenwerkingsakkoord worden gesloten tussen de VDAB, Actiris en Forem met de nodige gegevensdeling.
Verder zal er een beroep worden gedaan op hooggeschoolden buiten de EU en zal er een dynamische lijst van middengeschoolde knelpuntberoepen komen die regelmatig wordt aangepast.
In overleg met de federale overheid zal de doorlooptijd van de gecombineerde vergunning worden ingekort.
Er wordt ook een onderzoek gedaan naar de structurele verankering van een ‘fast lane’ voor erkende referenten-bedrijven en de controles om fraude en misbruik te bestrijden worden verscherpt.
Tot slot zal samen met de federale regering uitvoering worden gegeven aan de afspraken van de Interministeriële Conferentie Migratie inzake au pairs.
12. Schrapping van de jobbonus
De premie van maar liefst € 700 per jaar voor de laagste inkomens zal worden geschrapt indien er op het federaal niveau een algemene lastenverlaging komt voor wie werkt.
Dit staat niet uitdrukkelijk onder de afdeling ‘werk en sociale economie’ maar wel onder de afdeling ‘begroting’ in het Vlaams Regeerakkoord. Bovendien werd dit ook nog eens duidelijk vermeld in de Regeerverklaring als maatregel om de begroting in evenwicht te houden.
Bron: Vlaams Regeerakkoord 2024-2029 en Septemberverklaring van de Vlaamse Regering van 30 september 2024.