Orbiss

‘Aan welk loon en onder welke categorie moet ik een bouwarbeider inschrijven?’, is een vaak gestelde vraag wanneer een bouwonderneming iemand wil aanwerven. In de meeste gevallen kunnen we ook hier een onmiddellijk pasklaar antwoord op geven aangezien in het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf (PC 124) de functieclassificatie zeer volledig uitgeschreven is.

Men hanteert zes functiecategorieën in PC 124 die gebaseerd zijn op de beroepsbekwaamheid van de arbeider en waaraan telkens een minimum baremaloon is toegekend. Deze barema’s worden elk kwartaal aangepast aan de evolutie van de index. U vindt de huidige bruto baremalonen hier: PC 124 Barema uurloon 1ste kwartaal 2022. Belangrijk om te weten: het is de werkgever die oordeelt over de graad van beroepsbekwaamheid van ieder bij hem in dienst zijnde arbeider. De werkgever bepaalt ook het hiermee overeenstemmende loon op grond van het loonbarema. Het staat echter vrij om de werknemer een hoger loon toe te kennen dan bepaald in de sectorale loonbarema’s. Wanneer de werknemer echter bij een andere bouwonderneming in dienst komt, heeft hij enkel recht op het baremaloon op basis van zijn beroepsbekwaamheid en niet automatisch op de mogelijke verhoging die hij kreeg van zijn vorige werkgever. We omschrijven hieronder de zes categorieën in hun basiskenmerken. De volledige uitgeschreven versie van de functieclassificatie, met ook een opsomming van de bekwaamheden die hier onder vallen, vindt u hier: Functieclassificatie PC 124.

1. Categorie I:

  • Arbeiders die éénvoudige taken uitoefenen.
  • Arbeiders bij begin van hun beroepsloopbaan en zonder bouwdiploma na voltijds onderwijs.
  • Arbeiders bij begin van hun beroepsloopbaan en een opleiding hebben gevolgd via het Industrieel leerlingenwezen (ILW) of de Alternerende bouwopleiding (ABO).

2. Categorie IA:

  • Arbeiders bedoeld uit Categorie I die blijk geven van een meer dan gemiddelde bekwaamheid.
  • Arbeiders die aangeworven worden na het doorlopen van een Individuele beroepsopleiding (IBO).

3. Categorie II:

  • Hiertoe behoren de arbeiders die nog niet helemaal vertrouwd zijn met de vaardigheden voor één van de beroepen vermeld in de categorieën III en IV.
  • Arbeiders die beschikken over enige vaardigheid voor het uitoefenen van hun takenpakket

4. Categorie IIA:

  • Arbeiders uit Categorie II die, volgens de werkgever, blijk geven van een meer dan gemiddelde bekwaamheid.

5. Categorie III:

  • Arbeiders die grondig hun vak kennen. Deze kennis kan slechts verworven worden dankzij een ernstige leertijd in de werkplaats, op de bouwplaats of in een vakschool, en ze moeten dit vak sedert ten minste drie jaar met een normale vaardigheid en een normaal rendement uitvoeren.


6. Categorie IV:

  • Tot de categorie IV behoren de arbeiders wiens beroepsbekwaamheid kennelijk hoger ligt dan die van de arbeiders van categorie III. Hun aantal ten opzichte van het totaal der arbeiders kan variëren naar gelang van de beschouwde beroepen. (Deze lijst vindt u in de hogerstaande link met de volledige functieclassificatie)


Let wel, ook al oordeelt de werkgever over de beroepsbekwaamheden van zijn werknemers toch legt de cao over de functieclassificatie enkele verplichte baremaverhogingen op. Deze verhogingen gebeuren op basis van maanden en jaren beroepservaring en zijn specifiek voor enkele situaties.

De functieclassificatie in de bouwsector vermeldt ook twee leidinggevende arbeiderscategorieën:

1. Meestergast:
Een arbeider die beschikt over een vakbekwaamheid die bestaat uit:

  • Technische en praktische kennis nodig voor het organiseren, het leiden en coördineren van het werk van verschillende arbeidersploegen. Rekening houdend met de vanwege zijn chef ontvangen richtlijnen en het in staat zijn om persoonlijk de daaruit voortvloeiende uitvoeringsmoeilijkheden op te lossen. De verantwoordelijkheid op zich nemen voor de goede uitvoering van de werken die door het onder zijn gezag gestelde personeel worden verricht. Hij heeft recht op een uurloon dat ten minste 20% hoger ligt dan het loon van de arbeider van de categorie IV.

2. Ploegbaas:

Een arbeider die geholpen wordt door verschillende arbeiders en die toezicht houdt op de uit te voeren werken waar hij zelf ook handenarbeid verricht. Zijn uurloon is minstens 10 % hoger dan het baremaloon van zijn beroepsbekwaamheid. Zijn er arbeiders met verschillende functiecategorieën binnen de groep arbeiders die hij aanstuurt dan moet zijn loon minstens 10% hoger dan het baremaloon van de hoogst aanwezige functiecategorie. Zodoende komt men dus tot het minimum uurloon voor een Ploegbaas A (gebaseerd op het baremaloon arbeiderscategorie III) en voor een Ploegbaas B (gebaseerd op het baremaloon arbeiderscategorie IV).

In het sectoraal akkoord 2021-2022 heeft Constructiv de opdracht gekregen de huidige beroepsclassificatie om te vormen tot in een wetenschappelijk onderbouwde, analytische functieclassificatie voor arbeiders en bedienden.

We hebben in dit artikel enkel de bepaling van het minimum bruto uurloon van de arbeiders resulterend onder PC 124 bekeken. Hier stopt echter de verloning niet. Deze werknemers hebben immers nog recht op andere sectoraal vastgelegde loononderdelen, zoals eco-cheques. Alsook kan er op ondernemingsniveau, zoals maaltijdcheques of een loonbonus, en/of op individueel niveau bepaalde verloningsvormen zijn afgesproken.

Meer nieuws