Kan uw arbeider doppen na aanvang van de arbeidsdag?

Hebben de arbeiders dan recht op een volledig dagloon?

De regel is dat men de arbeiders dan moet vergoeden voor de volledige arbeidsdag.

Toch bestaat er een uitzondering hierop en dit voor een groot aantal bouwondernemingen. Namelijk voor de bouwbedrijven met een RSZ-kengetal 024 of 054 worden de arbeiders die de arbeidsdag onderbroken zagen wegens de weersomstandigheden (regen, vorst, storm maar evengoed kan het om een overdreven hitte gaan) voor 50 % vergoed voor de verloren arbeidsuren.
De andere helft wordt gedekt door de toekenning van weerverletzegels. Deze zegels komen met 2 % van het in het kalenderjaar voordien verdiend brutoloon overeen. Uitbetaling van de weerverletzegels is telkens aan het einde van de maand april voorzien.

Voorbeeld

De arbeidsdag begint om 7u. Om 8u begint het te stortregenen en moeten de metselwerken onderbroken worden. De regenbuien stoppen een 2 uur later en vanaf 10u kan er terug gemetst worden tot het einde van de dag.

In dit geval ontvangt de arbeider:

• 100 % van het loon voor de gewerkte uren; uiteindelijk worden dit 6 betaalde uren aan 100% (ORBISS-looncode 1 gewerkte uren)
• 50 % van het loon voor de 2 uur waarop er niet gewerkt kan worden (ORBISS-looncode 220 : regenuren aan 50%)

Welke ondernemingen hebben nu het RSZ-kengetal 024 of 054?

Hoofdzakelijk gaat het om de bouwondernemingen die, gelet op hun activiteiten, het meest weergevoelig zijn, namelijk: wegenwerkers, ruwbouwbedrijven of dakdekkers.
Maar ook een andere activiteiten vallen hieronder zoals uit onderstaande tabel blijkt:

Wanneer kan men dan wel overgaan tot tijdelijke werkloosheid slecht weer?

Indien de arbeidsdag niet begonnen is, de arbeider tijdig verwittigd werd en de melding van de eerste effectieve werkloosheidsdag in de maand tijdig en correct aan de RVA gedaan werd.

De arbeidsdag is dus niet begonnen als de arbeiders de avond voordien ervan in kennis konden gesteld werden dat er slecht weer de volgende dag zou zijn.

Het is minder duidelijk indien de verplaatsing naar de werf ’s ochtends de arbeidsdag zelf al ingezet werd. In dit geval laat dat reglementering toe dat er tijdelijke werkloosheid kan toegepast worden indien de bouwvakarbeiders bij aankomst op de werf vaststellen dat er die dag niet kan gewerkt worden.
Ze vatten de arbeid niet aan en keren dan naar huis terug maar kunnen/moeten voor die dag wel mobiliteitsvergoeding ontvangen

Vergeet uiteraard niet om bij tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer de eerste effectieve werkloosheidsdag in de maand te melden. De dag zelf of ten laatste de dag nadien, met de mogelijkheid om het slecht weer zelfs de dag voordien te melden indien men met zekerheid weet dat het de volgende arbeidsdag slecht weer zal zijn.

Het gaat om een maandelijkse verplichting: indien slecht weer van vrijdag 29 november doorloopt naar maandag 2 december, moet de maandelijkse melding zowel voor november als december ten laatste op dinsdagavond 3 december gebeuren.

Hoeveel ontvangt een bouwvakarbeider bij tijdelijke werkloosheid?

60 % van het dagloon, begrensd op een maximaal dagloon van 3.365,16 EUR.

Met een aanvulling van 6,34 EUR tot 10,85 EUR (afhankelijk van de geschooldheidsgraad van de arbeider) ten laste van Constructiv en een aanvulling van 5,10 EUR ten laste van de werkgever (in de meeste gevallen).

Voorbeeld:
Voor een arbeider categorie III met een uurloon van 20,112.EUR bruto betekent dit voor één tijdelijke werkloosheidsdag ::

20,112 EUR x 8 uur x 26 dagen = 4.183,29 EUR

Begrenzing tot 3.365,16 EUR x 60% = 2019,09 EUR

Dagbedrag werkloosheid = 2019,09 EUR/ 26 dagen = 77,65 EUR (vatbaar voor een BV van 26,75%)

Aanvullende vergoeding ten laste van Constructiv = 10,08 EUR (bedrag geldig voor Cat III)

Aanvullende werkloosheidsvergoeding ten laste van de werkgever = 5,10 EUR (BV van 26,75% wordt hierop ingehouden)

Voor bijkomende informatie kan u steeds contact met ons opnemen,