Umit Yildirim 9 Ob46Ap Mb C4 Unsplash

Werkgevers mogen hun werknemers niet tewerkstellen gedurende de 10 wettelijke feestdagen van het kalenderjaar. Eén van deze feestdagen is de dag van de Arbeid en deze valt dit jaar op zaterdag 1 mei 2021 en wordt, zoals vastgelegd door de sector, vervangen door vrijdag 14 mei 2021

In de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen wordt er geen specifieke afwijking gedefinieerd. In deze wet wordt wel verwezen naar de gevallen waarin werken op zondag is toegestaan.

1.1 Wanneer mag je werken op zondag, en dus op een feestdag?

De werknemer mag tijdens een feestdag (of op een vervangingsdag van de feestdag) te­werk­ge­steld wor­den in al de gevallen waarbij krach­tens de ar­beids­wet van 16 maart 1971 zondag­arbeid is toegestaan, onder andere in geval van:

  • toezicht op de bedrijfsruimte;
  • schoonmaken, herstellen en onderhouden, in zover deze werk­zaam­heden voor de regelmati­ge voortzetting van het bedrijf nodig zijn, alsmede de werkzaamheden buiten de productie, die nodig zijn voor de regelmatige hervatting van het bedrijf de volgen­de dag;
  • arbeid verricht om het hoofd te bieden aan een voorgekomen of dreigend ongeval;
  • dringende arbeid aan machines of materieel en arbeid die door een onvoorziene noodzake­lijkheid wordt vereist;
  • arbeid om beschadiging van grondstoffen of producten te voor­komen.

1.2 Formaliteiten

De werk­gever dient het Toezicht op de Sociale Wetten uiterlijk 8 dagen na de feestdag waarop de werknemer werd tewerkge­steld, en in elk geval vóór de dag waarop een inhaalrust wordt ver­leend, hiervan te verwittigen.

Het arbeidsreglement (of een kopie ervan) moet worden bijgehouden op de bouwplaats waar op een feestdag werken worden uitgevoerd.

In het geval van overuren op een feestdag (wanneer de arbeidsprestaties niet in het arbeidsreglement zijn opgenomen) moet het Toezicht op de Sociale Wetten worden ingelicht. Dit moet uiterlijk de dag voordien gebeuren en, als dit onmogelijk is, in de daaropvolgende 24 uur.

1.3 Inhaalrust en loon

Elke werknemer die op een feestdag of op een vervangingsdag voor een feestdag wordt tewerkgesteld, heeft recht op inhaalrust.

De inhaalrust bedraagt een volle dag indien de arbeid langer dan vier uren heeft geduurd en een halve dag indien hij niet langer dan vier uren heeft geduurd: in het laatste geval moet de inhaal­rust vóór of na 13 uur worden verleend en mag op die dag niet langer dan vijf uur arbeid worden verricht.

De inhaalrust moet worden toegekend binnen 6 weken na de feestdag (of de vervangings­dag van de feestdag) waarop de werknemer heeft gewerkt. De inhaalrust moet samenvallen met een dag waarop de werknemer normalerwijze had gewerkt. Er is dus een effectieve inhaalrustdag. De werk­gever dient het Toezicht op de Sociale Wetten uiterlijk 8 dagen na de feestdag waarop de werknemer werd tewerkge­steld, en in elk geval vóór de dag waarop een inhaalrust wordt ver­leend, hiervan te verwittigen.

De inhaalrust is bezoldigd. De werknemer die tewerk werd gesteld op een feestdag of een vervangingsdag heeft recht op een betaalde rustdag aangezien de feestdag een bezoldigde dag is. Voor de tijdens een feestdag verrichte arbeid is het normale loon verschuldigd.

Indien de tijdens een feestdag geleverde prestaties met overuren overeenstemmen, geven deze tijdens een feestdag gepresteerde overuren recht op de betaling van een overloon, gelijk aan 100 % van het normale loon.

1.4 Sancties

Werkgevers, hun lasthebbers of aangestelden die, in strijd met de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen:

1° werknemers of jeugdige werknemers heeft tewerkgesteld of laten tewerkstellen op een feestdag, behalve in de bij wet toegestane gevallen;

2° niet-gepresteerde arbeidsuren heeft laten inhalen tijdens andere dagen, om ingevolge de toekenning van de feestdagen verloren arbeidsuren te compenseren, behalve in de door de Koning bepaalde gevallen;

3° een feestdag die met een zondag of een gewone inactiviteitsdag samenvalt, niet door een gewone activiteitsdag heeft vervangen;

4° de werknemer of jonge werknemer die op een feestdag werd tewerkgesteld geen inhaalrust heeft toegekend volgens de bij wet voorgeschreven of door de Koning vastgestelde regeling.

kunnen een sanctie van niveau 2 oplopen (geldboete van € 50 tot € 500 (x 8)) of een administratieve geldboete (van € 25 tot € 250 (x 8)). De geldboete wordt vermenigvuldigd met het aantal betrokken werknemers.

Meer nieuws